maandag 6 mei 2013

Diaconie en armenwerk

Op onderzoek naar de verwantschap van 2 familie's Oortwijn, kom ik natuurlijk bij familysearch terecht. Ik duik in het doop boek 1580-1811 van de Hervormde gemeente in Gieten te Drente. Wat mij verbaasd is dat er wel wat doop, trouw en begraaf gegevens in staan maar ook de inkomsten en uitgaven van de Diaconie.

Hier een bladzijde met de in en uitgaven netjes genoteerd, waarbij mij het meeste opvalt is het stukje over het armen-blok. Vooral omdat mij opvalt dat er toch best een heel bedrag in zit. In Gieten werd dus goed voor hun armen medemensen in de buidel getast. Alleen sta je als arm mensenkind wel te boek met naam en of toenaam in het kerkeboek. Want je zal maar de weduwe zijn van Jan van Emmen, dan sta je als weduwe genoteerd, maar jouw eigen naam wordt niet genoemd. Maar je krijgt wel 2 Carolus guldens en kan je weer iets te eten kopen.


Dan kom ik terecht bij de ingeschreven huwelijken en vind ik deze mooie zin:

Namenlijst der Perzonen, welke gekopúleert zijn in den tijd, als Albert Willem Costerius tot Gieten Predikant was, beginnende met den 25 januari 1733.

Nu krijg ik bij het woord kopuleren  toch een beetje raar gevoel of dat woord daar wel hoort. Wie weet het  want ik ben dit woord toch nog nergens anders zo tegen gekomen. Helemaal nieuw voor mij dus. Dus help mij de betekenis van dit woord in dit zinsverband te vertalen.

Niet nieuw voor mij is dat er in de vroege jaren in ons land arme (wees) kinderen werden uitbesteed om te werken. Wel nieuw voor mij was om in dit kerkeboek deze bladzijde tegen te komen.



Dit was bladzijde nr 1 van de uitbestedingen en daarop staan de regels van de Diaconie en de afspraken die de Diaconie gemaakt heeft met de betreffende familie over de verzorging van het kind wat uitbesteed werd.

bv: Hindrikijs Jacobs werd uitbesteet aan Hindrik Jansen en sal verdiene 1 gld, 2 hemden, 2 paar schoenen en 1 schortedoek. Zijn uitbesteding was voor een heel jaar van Mei 1731 tot Meij 1732 en s'winters ging hij ter schoole.

Predikanten waren vaak goed op de hoogte met de noden in huisgezinnen. Deze waren dan ook plaatselijk de hoofden van de diakonale armenverzorging. De behoeftigen op het platteland waren meestal wezen, onvermogende bejaarden en invaliden. Nabuurschap en religieus plichtsgevoel lenigden hier op natuurlijke wijze veel nood. Voor een meer constante bedeling waren er de fondsen van de diakonieën. Collecten in geld en/of goederen boden meestel voldoende mogelijkheden om behoeftigen te helpen. Voor borger noemt Harm Tiesing als voorbeeld van armenzorg het "rondeten". In andere gevallen zorgden diakenen voor de bebouwing van het land van "tijdelijke onvermogenden". Gedurende de zomerperiode werden arme wezen door de diakonie “uitbesteed”aan dagloners om hen te helpen met als tegenprestatie kost en inwoning. En tevens kwamen deze kinderen dan ook naar school want dat werd vaak bedongen als tegenprestatie.

Wat ik met dit stukje wil vertellen is dat ook heel lang geleden de sociale voorzieningen aanwezig waren, al was het dan via de Diaconie. Dat dit fenomeen nog heel lang heeft bestaan blijkt voor mij uit de verhalen van mijn schoonouders, die op een gegeven moment toen vader zonder werk was van uit deKatholieke kerkgemeenschap werden geholpen met etenswaren voor hun grote gezin. Dus het was echt wel van alle kerkgenootschappen dit "liefdewerk". Dat mijn schoonvader in 1950 alweer snel werk had gevonden vond hij prima want ja "die lui vroegen je het hemd van je lijf" en daar had hij helemaal geen zaken mee dat was prive vond hij. Wat ik zelf wel jammer vind is dat er anno 2013 nog steeds mensen afhankelijk zijn van dit "liefdewerk" om eten te moeten halen bij de voedselbanken. Het zou niet zo moeten zijn toch?



2 opmerkingen:

Joan Bos zei

Interessant! In de roman over "ik bid niet voor bruine bonen" Bartje (ooit verfilmd) kom je ook die armoede tegen. Met kerst op de zondagschool kreeg ik ook elk jaar zo'n roman over een armoedig gezin in de jaren '30 (wat natuurlijk wel godsdienstig was). Die tijden zijn toch niet te vergelijken met de voedselbank nu, want tegenwoordig krijg je in elk geval een minimale uitkering op je rekening en hoef je er niet bij de diakonie persoonlijk je hand voor op te houden.

lenhoha zei

die boekjes ken ik ook nog wel van de zondagschool, en ja je hebt helemaal gelijk voor wat betreft het verschil met toen en nu, maar het blijft een soort "handje ophouden"Lijkt me niet gemakkelijk, al heb ik er Gelukkig !!! geen ervaring mee.